Hoogste tijd dat we ons hart openen en een opvangtehuis bouwen voor nooddruftige analisten. Die meelijwekkende stakkers, beroepshalve het voetbal duidend met witte pijlen op een tv-beeld van groen gras, met data en met AI-technieken. Het kijkbuisvolk uitleggen hoe het spelletje in elkaar zit… ‘t is niet meer te doen.
Manchester City-Feyenoord op dinsdagavond, Pierre van Hooijdonk in het Etihad Stadium. Vreselijke sfeer, vond Pierre. Vreselijke club. Alsof je naar een praalwagen behangen met diamanten zit te kijken, zei Pierre. City is met al z’n poen de vernietiger van het voetbal, vond Pierre.
Tikkeltje overdreven. Dat belachelijke geldbedragen veel kapot maken in ’t wereldje valt niet te ontkennen, maar om parels als Pep Guardiola en Kevin de Bruyne daarom weg te zetten als vernietigers van het spel gaat een beetje ver.
Hoe dan ook: Pierre constateerde in de pauze – 1-0 voor City – dat Feyenoord het best aardig deed, maar ja, die monsterlijke praalwagen met diamanten… In de studio werd het ook even uitgelegd. Foutjes maken in de opbouw kán niet op het allerhoogste niveau. De woorden galmden nog na toen de praalwagen er even snel 3-0 van maakte. Over. Uit. Klaar.
En dan maakt zo’n City-diamant op het allerhoogste niveau een fout in de opbouw waar ze zich bij Bloemenkwartier 8 nog voor zouden schamen, leidt een staaltje Comedy Capers bij de eerste paal tot het tweede Feyenoord-doelpunt en wordt het op de valreep nog 3-3. Daar sta je dan, als analist, met je witte pijlen op groen gras en je mond vol tanden.
Een dag later, PSV hopeloos stuntelend tegen Shakthar Donetsk, 0-2 achter in de rust. Daar laat je dus je analytisch vermogen op los en dan zie je hoe een klein uurtje later de PSV’ers als helden worden toegejuicht. Omdat het systeem in de tweede helft wél klopte? Nee. Omdat een Shakthar-schopper rood kreeg. Omdat Tillman uit een vrije schop zo krankzinnig raak schoot dat Peter Bosz na afloop zei: ‘Als hij me had verteld wat hij ging doen, had ik ‘m van ’t veld gehaald’. De trainer was de enige die stoïcijns op de bank bleef zitten, toen Peppi er in blessuretijd nog 3-2 van maakte. Een pose vol gène: zo kut voetballen en toch winnen, hoe kun je daar nou extatisch van worden? Die verklaring zonder woorden, het was de beste analyse van de week.