Kunnen data ook huilen? Vanuit aangeboren zwartgalligheid heb ik op deze plek bij herhaling aangeschopt tegen de groeiende macht in het voetbal van cijfertjes en bijpassende data-analisten. Hartstikke handig, grafieken die duidelijk maken hoe lang de diepgaande middenvelder voluit kan gaan, maar de grootste waarde huist toch vooral in zijn hoofd.
De creatieve geest wint het altijd van de steriele ratio, de kracht van het menselijk karakter blijft altijd groter dan het vermogen van cijfertjeswijsheid. Die datajongens en -meisjes zijn zo langzamerhand een bedreiging voor de charme van het spel, ze worden Het Kwaad in een wereld die zo mooi kan zijn. Zij zijn de dáders, dacht de romanticus in mij.
En dan speelt Nederland in München tegen Duitsland en kan er in de pauze maar één trieste conclusie worden getrokken: Het Kwaad is sláchtoffer. Heb je als data-analist iedereen in het voetbal wijs gemaakt dat het in topsport draait om details. Dat de kleinste perfectionering bepalend kan zijn voor winst of verlies. Dat daarom op het hoogste niveau data de doorslag geven. Zit je halverwege die interland in Duitsland met een berg baggerdata die beter past bij Bal Op Dak 8 dan bij op papier de beste voetballers van het vaderland.
In het tennis spreken ze van unforced errors, fouten die niet worden afgedwongen door de tegenstander. Stomme fouten dus, amateuristisch geblunder. Tegen Duitsland B was het voor zij van Oranje zelfs te moeilijk om de bal naar dezelfde kleur te spelen als ze niet door Duitsers werden afgejaagd. Als het eerste van de Amsterdamse voetbalclub SV De Meer zo beroerd speelde als het Nederlands elftal tijdens die eerste helft, dan zou scheidend voorzitter Leo van Vuuren het clubhuis zijn binnengelopen en wanhopig met z’n hoofd op de bestuurstafel zijn gaan bonken.
Zó door de ondergrens zakken, een compleet elftal dat een Joey Veermannetje doet… Het is datatechnisch onverklaarbaar.
Je voegt in je databank ‘basiskwaliteiten oranjetopvoetballers’ in en gebruikt die voor een grafiek. Dan zit je na de eerste drie kwartier van Duitsland-Nederland toch mooi met een lijn die harder door de onderkant van de grafiek knalt dan Ronald Koeman in zijn beste dagen schoot. Ik keek naar het collectieve gepruts en zag dat afschuwelijke treurige beeld. Tranen, biggelend over het beeldscherm van de data-analist.