ONGRIJPBAARHEID
Na de Tour de France neemt Mathieu van der Poel een vleugje rust. Even iets anders. Dan gaat hij om te beginnen met vijfentwintig kilo vers antilopenvlees in z’n rugzak op een mountainbike een troep hongerige leeuwen voor proberen te blijven op een savanne in Kenia. Even lekker ontspannen wedstrijdje doen, want de boog kan niet altijd gespannen staan. Gewoon voor de lol op leven en dood je helemaal het leplazarus trappen, dingen doen die gewone mensen krankzinnig vinden, lekker man.
Op de sportredactie van De Telegraaf was Barry Zand Scholten mijn vakbroeder. Prachtige man met een sonore stem, die op de radio – deed hij er even bij – bombastisch uittorende boven het gebrul van motoren op het TT-circuit. Hij schreef ook over jazz en van titels als chef of adjunct-hoofdredacteur moest hij niks hebben. ‘Het hoogst haalbare’, sprak de wijsgeer uit Haarlem, ‘is niet een streep op je mouw, maar ongrijpbaarheid.’
Ongrijpbaarheid, het heilige woord in de mond van de vrije geest.
In dat zalige geloof is Mathieu van der Poel de onbetwiste hogepriester. Binnen een samenleving die zich in de dwangbuis van databanken, betuttelregeltjes en betweterige bubbels heeft laten persen is hij een godsgeschenk.
‘Ik zou ook wel eens op zo’n ereschavot willen staan’, zei een Belgische ploegmaat in de Tour tegen hem. ‘Gaan we regelen’, zei Van der Poel en samen reden ze 173 kilometer voor de finish weg uit het peloton. Gekkenwerk. Gebeurt vaker, door kleine luyden die een beetje publiciteit willen en zich daardoor als sneue muisjes laten opvreten door de kat. Zij zijn op ieder gewenst moment grijpbaar, waarna het data-gestuurde voorspel van de sprinters kan beginnen.
Maar Mathieu van der Poel is met zijn benen en vrije geest een stoorzender voor cijferneukers. Hij reed alle datakarretjes in de poep en pas een paar honderd meter voor de eindstreep in Chateauroux kreeg het jagende peloton hem te pakken. Maar dan won hij toch niet? Nee, en dat is het állermooiste. Altijd winnen is zo saai. Mathieu verloor en zelfs verliezen doet hij als een winnaar. Dat maakt hem tot de ultieme ongrijpbare.
En Pogacar dan, toch ook een fijne vrije geest? Jawel, maar die jongen is té goed. Zijn overmacht maakt hem grijpbaar voor voorspelbaarheid. Pogacar is in de Tour niet de kwelgeest, maar de natte droom van datamannetjes. Zijn trapvermogencijfers zeiden: aan de voet van de Hautacam wegrijden. Gewoon doen, Tour beslist.
Is niks voor Mathieu van der Poel. Als hij terug is uit Kenia gaat hij zichzelf uitdagen met 200 kilometer onderwaterfietsen. Even lekker wedstrijdje doen met de haaien. Puur genieten.